Alopecia (kale plekken / haaruitval)
Alopecia betekent haaruitval. Het is een verzamelterm voor verschillende vormen van haarverlies met uiteenlopende oorzaken en prognoses. Bepaalde vormen zijn tijdelijk en omkeerbaar (telogeen effluvium), andere zijn auto-immuun (alopecia areata) of hormonaal/erfelijk bepaald (androgenetische alopecie). Een correcte diagnose door de dermatoloog is cruciaal: de juiste aanpak verschilt sterk per type.
Veelvoorkomende vormen van alopecia
- Androgenetische alopecie (AGA): erfelijke, hormonale haaruitval (klassieke inhammen/kruin bij mannen; diffuse verdunning bij vrouwen).
- Alopecia areata (AA): auto-immuun kale plek(ken); kan uitbreiden (totalis/universalis).
- Telogeen effluvium (TE): plots diffuus uitvallen 2–4 maanden na trigger (koorts/ziekte, stress, bevalling, dieet, medicatie).
- Traction alopecia: mechanische tractie door strakke kapsels/haarextensions.
- Littekenske alopecie (cicatricieel): zeldzamer; ontsteking vernietigt haarfollikels (bvb. lichen planopilaris). Snel dermatologisch onderzoek is nodig.
Signalen & klachten
- Toenemende haar-dunner worden (scheiding lijkt breder, meer hoofdhuid zichtbaar).
- Lokale kale vlek(ken) (muntvormig bij alopecia areata).
- Meer haarverlies bij wassen of kammen (telogeen effluvium).
- Jeuk, branderig gevoel of schilfering kan wijzen op inflammatoire oorzaken (seborrhoe, psoriasis, tinea capitis).
Oorzaken & risicofactoren
- Genetisch/hormonaal: androgenetische alopecie (DHT-gevoeligheid).
- Auto-immuun: alopecia areata (T-cel gemedieerd).
- Fysiologische stressoren: koorts/operatie, bevalling, crash-dieet, ernstige emotionele stress → telogeen effluvium.
- Dermatologische aandoeningen: tinea capitis, psoriasis, seborrhoe, lichen planopilaris.
- Mechanisch: traction, trichotillomanie (haren uittrekken).
- Deficiënties/medicatie: ijzer, vitamine D/B12, schildklierstoornissen; retinoïden, anticoagulantia, chemotherapie, etc.
Diagnose door de dermatoloog
De dermatoloog start met anamnese (tijdlijn, triggers, familie, medicatie) en klinisch onderzoek. Aanvullend:
- Trichoscopie (dermatoscopie van de hoofdhuid) om patronen te zien (uitroeptekenharen bij AA, variatie in haardikte bij AGA, perifolliculaire schilfering bij cicatricieel).
- Pull-test / was-test om actieve uitval te objectiveren.
- Bloedonderzoek indien aangewezen: ijzerstatus (ferritine), TSH, vitamine D/B12, zink; differentiëren bij TE/AGA/AA.
- Biopsie bij vermoeden cicatriciële alopecie of onduidelijke bevindingen.
Behandeling per type
Androgenetische alopecie (AGA)
- Minoxidil topisch (2–5%): verlengt groeifase; dagelijks en langdurig gebruiken.
- Finasteride/dutasteride oraal (mannen, onder artsentoezicht): remt omzetting testosteron → DHT.
- Anti-androgenen (vrouwen, selectief): bv. spironolacton (off-label, via specialist).
- Adjunctief: microneedling, PRP, low-level laser (evidence varieert; als aanvullende optie).
- Haartransplantatie (gepast geselecteerd).
Alopecia areata (AA)
- Lokale/intralesionale corticosteroïden (klassiek bij beperkte AA).
- Topische immunotherapie (bij uitgebreidere AA, gespecialiseerde centra).
- Systemische behandelingen bij ernstige vormen (keuze en timing door specialist; op maat).
- Psychologische ondersteuning bij impact op welbevinden; camouflagetechnieken (haarwerken) waar zinvol.
Telogeen effluvium (TE)
- Trigger aanpakken (herstel na bevalling/ziekte/stress; normaliseert vaak binnen 6–9 maanden).
- Optimaliseer tekorten (bv. ferritine < 40–70 µg/L vaak suboptimaal bij diffuse uitval; arts beslist).
- Geduld en geruststelling: haarcyclus herstelt traag.
Traction alopecia / trichotillomanie
- Haardracht aanpassen (vermijd strakke trekbelasting, wissel kapsels).
- Begeleiding (bij trichotillomanie eventueel psychologische/psychiatrische ondersteuning).
Cicatriciële alopecie
- Snelle dermatologische interventie om verdere follikeldestructie te remmen (afhankelijk van type; vaak anti-inflammatoire therapie).
Leefstijl & haarverzorging
- Gebruik milde shampoo en vermijd agressieve hitte/bleken waar mogelijk.
- Bescherm tegen UV (hoofddeksels, UV-spray) bij dunnend haar.
- Eet volwaardig, eiwit- en ijzerrijk indien nodig; crashdiëten vermijden.
- Beperk mechanische belasting (strakke paardenstaarten, extensions).
- Ondersteun stressmanagement (slaap, beweging, ontspanning).
Wanneer naar de dermatoloog?
- Plots diffuus haarverlies of duidelijke kale plek(ken).
- Jeuk/pijn, roodheid of schilfering van de hoofdhuid.
- Familiale voorgeschiedenis van vroegtijdige kaalheid en snelle progressie.
- Vermoeden van cicatriciële alopecie (snel evalueren!).
- Haarverlies met sterke psychologische impact.
Veelgestelde vragen
Is alopecia blijvend?
Dat hangt af van het type. TE herstelt meestal; AGA is chronisch maar rembaar; AA is wisselend met kans op hergroei; cicatricieel is blijvend → snelle behandeling is essentieel.
Helpen supplementen?
Alleen bij tekorten (bv. ijzer, vitamine D/B12). “Haarvitaminen” zonder tekort hebben beperkte impact. Laat bloedwaarden gericht controleren.
Wat met PRP/laser/microneedling?
Kan als aanvullende therapie bij geselecteerde patiënten (AGA/AA), steeds onder begeleiding van een arts; verwacht realistische, graduele winst.
Medische disclaimer: deze informatie is educatief en vervangt geen individueel medisch advies. Bespreek diagnose en behandeling met je dermatoloog of huisarts.
Zoek een dermatoloog voor haaruitval
Gerelateerd: Haaruitval • Roos • PRP-behandeling • Microneedling • Laserbehandeling